Mensen over De nieuwe fiets

 

Er bestaat een slag mannen dat, in hun tweede jeugd aangekomen, naar prestaties gaat streven. Sportieve prestaties wel te verstaan. Het is gebeurd met stoerdoenerij in het cafe, de LP's van de Flying Burrito Brothers blijven tegenwoordig lang in de hoes, zelfs vreemd gaan op enig niveau wordt niet meer als een piekmoment in het leven ervaren, want ineens is daar... de fiets.

En vooral de Aubisque, de Ventoux, een nieuwe Pinarello, afgemonteerd met super Campagnolo. En ook: verstand van wielrennen, het beter weten dan menig professioneel verslaggever, gezond gaan eten, de benen nog net niet scheren, maar wel nieuwe supersonisch snelle regenschoentjes kopen, terwijl de oude zwarte exemplaren nog goed zijn. U kent die mannen wel.

Vroeger treinden ze naar Nice om daar de bohemien of de getormenteerde kunstenaar uit te hangen. Ze werden advocaat, een enkeling notaris en in ieder geval geslaagd in wat ze deden. Tegenwoordig fietsen ze er in zes dagen heen en zijn nog blij ook. Ze kochten een mooie Bose apparatuur in hun tweede huis om Alex Roeka hard af te kunnen spelen en wisten ineens wie Bjorn Leukemans was. Over het gebruik van Epo hadden en hebben ze een mening en zelf hebben ze de Beaujolaisroute al drie maal gereden. Twee vingers in de neus. Sommigen schrijven zich in bij een gezelligheidswielervereniging, maar op een fiets van minder dan 3500 Euro kom je echt niet vooruit.

Ze hebben ooit naast Rolf Aldag de Joux Plane beklommen, dat wil zeggen, een meter of 300 in diens wiel gehangen en denken dat Martin Ros iets van fietsen weet. Ze kijken graag naar "de Belg" omdat "die wel de E3 prijs uitzenden en die rottige NOS dat nooit doet", willen volgend jaar in Zuid

Afrika gaan trainen op hetzelfde parkoers waar Mooie Mario dat ook deed en vinden Denis Menchov maar een saaie renner.

In hun nieuwe leven, ontdaan van jengelende kinderen, opspelende chromosomen bij het koffieapparaat en de knellende prijs van een nieuwe Audi in het geheugen, hebben ze voor de fiets gekozen. Graag met iedere week een nieuw stuurlint. Zo niet Dirk Jan Roeleven, die, zoals ik hem ken, concerten in Paradiso bezoekt, van veel markten thuis is, mooie programma's voor de NPS televisie maakt, echt geinteresseerd is in zijn omgeving en ja, ik geef het toe, ooit met vol behaarde benen in mijn zicht verscheen toen ik de lange reportage van de wereldkampioenschappen wielrennen in Varese moest gaan beginnen. Er trok een schok door mijn lijf, zag ik wat ik zag? Een bijna nog jonge man met een baard van een paar dagen, een kenner van de Top 2000, een weldenkend mens dat daar, in de vroege ochtend, God beter het, met de koersfiets aan de hand stond en me hartelijk en joviaal groette.

Van zo'n man moet je zijn debuut wel lezen. Ik sta garant voor de kwaliteit. Hij is echt.


Mart Smeets